Deze speech werd 17/10/2017 gehouden op de opening van de tentoonstelling van Paul Van Hees in de Warande
Beste aanwezigen,
Ik voel mij zeer vereerd dat ik vandaag de tentoonstelling
van Paul Van Hees mag openen. Ik ken Paul sinds enkele jaren, maar ik was niet
vertrouwd met zijn ouder werk. Ik wist natuurlijk wel dat Paul in het verleden
vooral assemblages maakte met metaal en ook collages, maar nu ik eindelijk een
aantal van zijn oudere werken kan bewonderen, dringt mij pas de grootsheid door
van zijn oeuvre. Een oeuvre dat smeekte om deze retrospective.
Ik heb me lang afgevraagd waar ik moet beginnen. Er zijn
zoveel sterke werken en verhalen om te vertellen dat het haast even chaotisch
lijkt als de werkplaats van Paul in de The Creative Factory.
Misschien moet ik beginnen met een persoonlijk verhaal.
Enkele jaren geleden werd ik door Tijs van Nieuwenhuysen gevraagd om enkele
teksten te schrijven bij een boekje over Paul Van Hees. Ik wist lang niet wat
ik bij de foto’s van Tijs moest schrijven. Tot ik op het idee kwam om woorden
te assembleren met bestaande woorden. Zo schreef ik bijvoorbeeld
‘metaalvaardig’, een assemblage van metaal en taalvaardig. En daar schreef ik
dan een fictieve woordenboekverklaring
bij: het vermogen om met metalen voorwerpen nieuwe dingen te maken die
net als zinnen een samenhang en continuïteit hebben.
En dat woord ‘metaalvaardig’ is meer dan toepasselijk. Het
refereert naar zijn favoriet werkmateriaal, zijn gevoel voor taal en
woordspelingen, zijn vaardigheden als maker, en de samenhang illustreert waar
hij het beste in is: bestaande dingen samenvoegen alsof ze altijd bij elkaar hebben
gehoord.
Wat mij vooral opvalt aan de ijzeren beeldjes van Paul Van
Hees is hoe knap ze geconstrueerd zijn. Het gevoel van verhoudingen is
buitengewoon. Elk beeldje is stilistisch met voldoende details om te
verbeelding te laten spreken. Er is geen moer te weinig of te veel. Ze zijn een
bijzonder evenwicht tussen abstract en figuratief. Ze zijn inventief, een
fietsketting wordt bijvoorbeeld een ruggengraat en je vraagt je af waarom je
zelf nooit eerder die link hebt gelegd. En ondanks dat je zou verwachten dat de
metalen tot iets heel statisch zouden leiden, hebben deze beeldjes een
bijzondere dynamiek. In het bijzonder vallen hier dan ook de twee beelden op
die met mechanismes kunnen bewegen. Beelden die niet zouden misstaan naast de
werken van de Zwitserse kunstenaar Jean Tinguely. Het is dan ook een groot plezier
om deze werken in het echt te bewonderen.
Bijzonder aan het werk van Paul is ook dat hij vooral werkte
met gevonden materiaal. Hij ging niet naar den Brico om het juiste moertje te
vinden, maar hij vond alles op rommelmarkten, in oude gebouwen om soms gewoon
op straat. Ook zijn broodzakken zijn daar een gevolg van, het begon met een
papieren zakje van een worstenbroodje dat toevallig handig te hanteren was en
onverslijtbaar leek. Zo werden de broodzakken kaarten van de gedachten van
Paul. Met deze werken ben ik meer vertrouwd. Ik heb zijn vorige tentoonstelling
in Creative Factory drie keer bezocht om alles te kunnen lezen, ik ben blij dat
ik ze nog eens opnieuw kan bewonderen. Je blijft er nieuwe dingen in vinden.
Wat ik ook voor de eerste keer opmerk , zijn de vele linken
naar andere kunstenaars. De houten assemblages lijken de werken waar George
Braque zich op heeft gebaseerd voor zijn synthetisch kubistische werken. De
miniatuurversies van zijn eigen werk in een doos zijn een knipoog naar Duchamp
en de collages vol gekke figuurtjes lijken hedendaagse versies van werken van
Jeroen Bosch.
Maar ondanks de vele straffe werken op deze tentoonstelling,
blijft mijn favoriet werk nog steeds Jihad, een werk waarbij enkele
jezusbeelden als bommenwerpers uit de tweede wereldoorlog rondzweven in café
ranonkel. Ze hebben iets mystiek, dreigend en rustgevend tegelijk. Een simpel maar bijzonder krachtig beeld.
Wanneer de opening hier binnen enkele uren sluit, raad ik
jullie dan ook allemaal aan om daar zijn werken ook nog even te gaan
bewonderen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten