(afbeelding: werk van Turnhoutenaar Hans op de Beeck)
mogren (bwb tijd)/ heb (pv - zww)/ ik (o)/ examen van zinsleer. (l.v.)// (wwg)
ik heb geen zin om zinsleer te leren. syntaxis. ik dacht vroeger dat syntaxis een plastieke struik was. valt dat even tegen.
ik snap er niets van. 'verbinden' is geen koppelwerkwoord, 'ongesteld zijn' is een bepaling van gesteldheid, en 'lidwoord' is geen lidwoord. had ik maar wiskunde gedaan, daar is er tenminste wat logica.
ik spoken vreemde zinnen door mijn hoofd. frits friste op van de frisse fristi. ik was backstage aan het bekken met de backingvocals van beck. gelukkig hoef ik dat niet te ontleden.
mensen sturen mij steeds vaker brieven zonder iets. enveloppes zonder inhoud. doosjes thee zonder boodschap. usb-sticks zonder handleiding. boeken zonder afzender.
mijn persoonlijke koppelwerkwoorden: ze lijkt verderweg dan ooit. ik ben verdwaald. ze blijft niet bij me. ik heet hanghoofd. het wordt weer winter. het blijkt verloren.
Ik HAAT zinsleer.
BeantwoordenVerwijderenEcht waar, ik zeg niet snel dat ik iets haat, maar denk toch dat dit het gevoel is dat er bij moet horen.