maandag 8 november 2010

kamperen in de kempen


Ik zit in een caravan. Ik geef mezelf even vrijaf en kampeer in de kempen. Het uitzicht is prachtig, achter me is er een typische Vlaams stortplaatsje met afval. Oude bakstenen, een kapotte fietstas, ongebruikte dakpannen en wat rot hout is er overgroeid met wat mos en onkruid. Prachtig is het, ik zou er uren naar kunnen kijken. Helaas geef ik mezelf maar even vrijaf.

Rechts kijk ik dan weer op een metbetonplatenopgetrokkenmuurtje. Als je een fles wijn drinkt kun je in deze muur patronen vinden waar alle grote schilderijen op gebaseerd zijn. Links kijk ik dan op een stapel leeggoed. Bakken vol leegheid. Als ik voor me uitkijk zie ik door het gordijntje een blauwe auto staan en de ingang van een duikersclub.

In deze caravan geen internet maar wel een gasfornuis en een reservewiel. Een sticker met 'kamperen bij de boer, krek dat is't' en vliegenmepper die prima dienst doet aangezien ik geen vlieg kan bespeuren. Het is zaterdagnamiddag 14u34 en de bladeren vallen van de bomen. Je ziet de depressieven elke dag beter en beter hangen.

Ik zit in een caravan, 'en wat nu?' denk ik bijmezelf. Ik ben 23 en ik zit in een caravan, hoe is het zo ver kunnen komen. Ik voel me als een goudvis in een bokaal in een huis van een bejaarde vrouw die heel de dagen in haar zetel naar de veetee-em zit te kijken. Ik voel me als een bejaarde man die jarenlang heeft gezocht naar die ene boom om zich in de herfst te verhangen en die op zijn uitgekozen dag ontdekt dat ze juist zijn boom hebben omgehakt.

Ik voel me als een caravan die in plaats van in een mooi bos of leuk stuk weiland moet staan op de parking van een drankhandel waar depressieven hun drank komen kopen om vervolgens met de kruiwagen hun leeggoed te komen terugbrengen. Ik voel me als zo een caravan. En in die caravan zit ik.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten